Nationale Raad Zwemveiligheid Heel Nederland zwemveilig

Blog: Zorgen om zwemveiligheid, kun je zwemmen inderdaad verleren?

Door: Titeke Postma*

De zwembaden zijn weer volop open. Naast zwemles geven, wordt bijna alles (onder voorwaarden) weer aangeboden. Een activiteit die volop in de belangstelling staat is de ‘opfriscursus’. Bedoeld voor kinderen die al voor de lockdown(s) een zwemdiploma hebben gehaald. Ze hebben lang niet gezwommen en de angst bestaat dat ze niet zwemveilig (meer) zijn. Hoe zit dat? Belangrijke vragen die ieder jaar actueel zijn, lijken nu na de langdurige lockdown nog belangrijker. Verleer je vaardigheden als je heel lang niet zwemt? Welke invloed heeft dat op de zwemveiligheid? En hoe zorgen we voor succesvolle opfriscursussen?  

Een goede zwemtechniek
Eind 2019 verscheen het blog: ‘Is een goede zwemtechniek cruciaal voor zwemveiligheid?’. Het antwoord op deze vraag was een volmondig ‘ja!’ Met ‘goed’ wordt bedoeld dat je tijdens de uitvoering van de beweging voldoende stuwing creëert en tevens de weerstand zo klein mogelijk houdt. Met een goede zwemslag kom je per zwemslag beter vooruit. Een baan zwemmen kost minder energie en mede daardoor kun je het langer volhouden. En dat volhouden gaat nog makkelijker als je goed ‘in conditie’ bent.
‘Goed’ betekent ook dat je in staat bent om de zwemslag uit te voeren in verschillende situaties. Door in de zwemlessen veel gevarieerde situaties aan te bieden, wordt het zwemmen zo goed geautomatiseerd dat het ook makkelijk ergens anders wordt toegepast. Je zwemt de schoolslag in een rustig zwembad met overzichtelijke lijnen dan net zo gemakkelijk als in een bad met veel mensen, golven of in buitenwater.

Zwemveilig zijn is meer dan zwemvaardig zijn
Het beheersen van een (zwem)vaardigheid is een essentieel onderdeel van zwemveiligheid. Maar ‘zwemveilig zijn’ is méér dan ‘zwemvaardig zijn’. ‘Zwemveilig zijn’ wordt ook beïnvloed door persoonlijke kenmerken (o.a. leeftijd), de situatie waarin iemand zich bevindt en de activiteit die wordt uitgevoerd. Zoals in het eerdere blog werd aangegeven is (zelf)vertrouwen een voorwaarde om te kunnen leren (zwemmen). Spanning (of angst) blokkeert een goede uitvoering van een zwemslag. Dit geldt voor het leren zwemmen, maar ook voor de fase daarna. Wanneer je nooit meer zwemt, is de kans groot dat je vertrouwen in eigen kunnen afneemt. Je weet niet meer goed wat je wel en niet kunt. Hierdoor voel je je veel onzekerder en dat zie je terug in de manier waarop bewegingen in water worden uitgevoerd. Onzekerheid leidt soms ook tot angst.

Ervaringen na de lockdown
Toen we na de tweede lockdown weer mochten beginnen met de zwemlessen, was het best even spannend. Hoe goed zouden de kinderen nog kunnen zwemmen? Op social media en ook via webinars werd uitgewisseld hoe je de eerste zwemles het best kon aanpakken. Een belangrijke tip die voorbijkwam ging over de verwachtingen van de lesgevers: ‘Ga ervan uit dat de kinderen even weer moeten wennen. Overvraag ze niet in de eerste les. Kijk niet te veel naar het ‘ideale techniekplaatje’ en vermijd lange afstanden. Zorg vooral voor een leuke les, richt je op plezier en geef vrije, speelse opdrachten.’

De reacties na de eerste lessen waren positief. De kinderen waren de techniek niet echt kwijtgeraakt. De conditie bleek wel een minpuntje. Het zwemmen werd nog niet goed volgehouden.

Positief
Deze positieve observaties zijn best wel verrassend. Uit onderzoek van het ZwemanalyseLab (2019) weten we dat na een tijd ‘niet meer zwemmen’ de zwemvaardigheid uitachteruit gaat. Kinderen lieten in het onderzoek zien dat ze bepaalde vaardigheden van het B-diploma niet meer goed konden uitvoeren.

Was de lockdown niet lang genoeg om een daling in vaardigheid te kunnen zien? Of zijn de positieve observaties na de lockdown misschien beïnvloed door de verwachtingen die we hadden? We weten dat wat je van iemand verwacht beïnvloedt wat je ziet (Pygmalion effect). Na de lockdown waren we goed voorbereid en vermoed ik dat we de lat voor de kinderen(en voor onszelf) niet te hoog hebben gelegd. Ze kregen daardoor ruimte om te ervaren ‘hoe het ook alweer was’. Ze vonden op die manier het vertrouwen snel weer terug. Het is ook goed mogelijk dat het feit dat de kinderen iets ouder waren, ervoor zorgde dat ze snel weer op niveau waren.

Je verleert het zwemmen niet, maar bent wel minder zwemveilig
We kunnen veel leren van onze ‘corona-ervaringen’. Onder andere hoe we om willen gaan met kinderen die na het halen van een zwemdiploma niet veel meer zwemmen. We wisten al uit onderzoek dat de vaardigheden dan niet meer zo ‘goed’ worden uitgevoerd als tijdens het diplomazwemmen. Dit lijkt ook logisch. Alles wat je niet meer herhaalt, zakt weg in je brein en moet eerst weer even worden teruggehaald (opgefrist). Dat geldt niet alleen voor zwemmen, maar ook voor fietsen, schaatsen of autorijden. Je bent het niet verleerd, maar moet weer op gang komen en vertrouwen opbouwen.

Als je lang niet zwemt, word je minder zwemveilig. Je vaardigheid is minder goed, je zelfvertrouwen lager of je voelt je zelfs angstig. Als je onverwacht in het water valt, is het goed mogelijk dat je in paniek raakt. Of door conditiegebrek het zwemmen niet volhoudt. Of je verdrinkt wordt vooral beïnvloed door de totale situatie. Mede daarom is het zo belangrijk dat ouders altijd bij hun kinderen in de buurt blijven en hen in de gaten houden.

Het belang van opfriscursussen
Blijven zwemmen is een must voor de zwemveiligheid. We moeten er als zwembadbranche alles aan doen om geleerde vaardigheden te onderhouden, zodat iedereen zich prettig blijft voelen in het water. De ‘opfriscursus’ is daarvoor heel geschikt. Het doel is om ervoor te zorgen dat kinderen zich (weer) vertrouwd voelen in het water. Het accent ligt niet op het (opnieuw) leren van de technieken. Door kinderen op een speelse manier te laten ervaren en ontdekken wat ze allemaal (nog) kunnen, komen alle geleerde vaardigheden als vanzelf weer naar boven. Zo vergroten we de kans dat ze zwemmen (weer) leuk gaan vinden. En blijft de zwemveiligheid op peil.

Laten we als lesgevers de ‘positieve’ bril opzetten en vooral samen met de kinderen genieten van alles wat nog wel lukt. En vandaaruit steeds meer leren. Hopelijk is het fenomeen ‘lockdown’ definitief voorbij, maar blijft de ‘opfriscursus’ nog lang bestaan!

*Vanuit haar bedrijf Propulz.tP werkt Titeke Postma met zwembadteams en inspireert en vernieuwt ze om verandering in gang te zetten. Ze zet je op een originele, creatieve en eigenzinnige manier aan het denken over het leuk(er) maken van bewegen. Zodat bewegers ‘in beweging komen’, met plezier bewegen en daarom niet afhaken maar blijven bewegen. Voor de Nationale Raad Zwemveiligheid schrijft Titeke over diverse aspecten van zwemveiligheid.

Recente berichten

Meer Nieuws