Struikelblokken voor kinderen met een lichamelijke/motorische beperking
Op weg naar zwemveiligheid zijn er verschillende ‘mijlpalen’ die kinderen moeten behalen binnen het leren zwemmen. Bij het halen van één of meer mijlpalen stroomt een kind door naar een nieuw niveau omdat het kind in staat is om nieuwe activiteiten/vaardigheden te leren.
Bij kinderen met een lichamelijke beperking of met motorische leerproblemen is het vaak lastiger deze mijlpalen te bereiken. Dat heeft allerlei oorzaken, maar belangrijk om te weten is dat er meestal WEL mogelijkheden zijn om deze mijlpalen toch te bereiken.
Dit hebben we uitgewerkt in de ‘struikelblokken in het leren zwemmen voor kinderen met een lichamelijke/motorische beperking’.
Struikelblokken
- Niet durven lopen in het water zonder steun/niet verder dan heupdiep het water in willen
- Onvoldoende ademhalingscontrole
- Niet (durven) kijken onderwater
- Niet op hun rug (durven gaan) liggen
- Te veel “meebewegingen” bij het verplaatsen
- Te weinig stuwing
De nummering van de struikelblokken heeft te maken met een methodische volgordelijkheid (gedeeltelijk gebaseerd op de Halliwickmethodiek en gedeeltelijk op observaties uit de praktijk). Je hoeft deze volgorde niet perse aan te houden, al is het wel aan te raden. Als struikelblok 1 nog niet is overwonnen, dan worden struikelblok 3 en 4 alleen nog maar ‘groter’.
Belangrijk bij het leren veilig zijn maar vooral veilig voelen bij deelnemers met een motorische leerbeperking is hen zelf grip geven op de veranderende (evenwichts)omstandigheden in het water. Deze deelnemers moeten veel ervaring opdoen in bewegen in het water, waarbij zij zélf op veel verschillende manieren ervaren (en daardoor leren) hoe ze grip krijgen op het water. Als je namelijk voldoende grip en evenwicht ervaart, heb je het vertrouwen dat je zelfstandig terug kan komen in een veilige positie. Dat gevoel van veiligheid/controle is nodig om rust en ‘ruimte’ in je hoofd te hebben om voor leren (zwemmen).
Informatiekaarten
Voor elk van de struikelblokken zijn informatiekaarten gemaakt. De kaarten geven informatie over:
- welk gedrag je observeert bij het kind;
- wat de oorzaak van dat gedrag zou kunnen zijn;
- hoe je daar als zwemonderwijzer mee aan de slag kunt gaan;
- bij iedere informatiekaart zitten online ook video’s om de activiteit en/of het gedrag te verduidelijken.
De informatiekaarten zijn te downloaden (via het blok links op deze pagina) in PDF zodat je ze uit kunt printen en mee kunt nemen het zwembad in.
Impliciet leren
De activiteiten en leerhulp bij de verschillende struikelblokken zijn gebaseerd op de principes van het impliciet leren. Kort door de bocht betekent dit dat deelnemers veel verschillende ervaringen moeten opdoen in het water waarbij het doel van een activiteit wel wordt genoemd, maar niet hoe (de vorm of technische uitvoeringswijze) een deelnemer dat doel moet bereiken. De zwemlesgever moet natuurlijk wel weten welke vorm en uitvoeringswijze het meest effectief is, maar moet vooral aanwijzingen leren geven op het doel van de activiteit of via analoog leren.
Meer informatie over impliciet leren
Categorieën
Je kunt op verschillende manieren bekijken en bepalen over welk struikelblok je meer zou willen weten. Ja kan via bovenstaande opsomming naar het struikelblok dat voor jouw leerling van toepassing is. Je kunt ook onderstaande categorisering bekijken waarin gedrag wat je observeert bij de leerling leidt naar de juiste informatiekaart voor jou.